Guy Legrand
21 October 2025
“De Europese Centrale Bank(ECB) heeft haar belangrijkste rentetarieven met 0,25% verlaagd…”. Een nieuwsbericht dat we in twee jaar tijd acht keer hebben gehoord. Maar waar hebben we het eigenlijk over? Er zijn drie basisrentetarieven, waarvan die welke de “depositofaciliteit” wordt genoemd, beter bekend als de “basisrente”, bijna uitsluitend wordt gebruikt. Dit is verreweg de belangrijkste, omdat een centrale bank via deze rente haar “monetaire beleid” voert, d.w.z. dat ze deeconomie beïnvloedt.
De depositofaciliteit verwijst naar de mogelijkheid voor commerciële banken om hun overtollige liquide middelen te deponeren bij de ECB. Met een tarief van 2% sinds juni is dit deposito veel minder lonend dan twee jaar geleden, toen het 4% bedroeg. Toen was het doel om
Deze beslissingen staan bekend als monetair beleid, met dien verstande dat het de taak van de ECB is omde inflatie te beheersen. Dit is nu bereikt, aangezien de inflatie is teruggekeerd naar ongeveer 2%. Het monetaire beleid van de Amerikaanse centrale bank, de Fed, bleef heel anders tot half september, toen de inflatie weigerde te dalen terwijl de Amerikaanse economie nog steeds sterk was.
Door het niveau van haar basisrente te bepalen, bepaalt een centrale bank de kortetermijnrente in de economie, in het bijzonder het rendement dat commerciële banken bieden op hun deposito’s; de twee zijn nauw met elkaar verbonden. Maar door haar basisrente te wijzigen, stuurt ze ook een boodschap naar alle economische spelers. Als gevolg daarvan zal de verlaging van de korte rente vaak doorwerken in de lange rente. Deze zijn veruit het belangrijkst: tarieven op hypotheken, bedrijfsleningen, obligatierendementen enzovoort.
Dit is echter niet automatisch het geval. Integendeel, de Europese langetermijnrente stijgt sinds begin 2024. Om verschillende redenen, waaronder het inflatieniveau, weigeren beleggers duidelijk om de obligatierente te laten dalen. Weigeren? Ja, zij nemen de beslissingen! Maar hoe? De belangrijkste maatstaf voor
Foto omslag: © DR
Publicité
Publicité